Reykjavik, de hoofdstad van IJsland, is nog steeds een kleine stad. De huizen zijn meestal van hout en erg kleurrijk. De kerk is de belangrijkste attractie in een land waar de natuur alles betekent. Je zult natuurlijk in staat zijn om in een van de natuurlijke warmwaterbronnen te baden en ervoor te kiezen je doek aan te houden (of niet).
De Godafoss, de waterval van de goden, ligt net ten noorden van Akureyri,
Jökulsárlón is een groot gletsjermeer in het zuidelijke deel van Vatnajökull National Park.
Landmannalaugar ligt aan de rand van een groot lavaveld en staat bekend om zijn natuurlijke geothermische warmwaterbronnen, kleuren en het omliggende landschap.
Mývatn (*muggenmeer*) is een klein meer gelegen in een gebied met actief vulkanisme in het noorden van IJsland, vlakbij de Krafla-vulkaan. Het meer is 2300 jaar geleden ontstaan door een grote basaltlava-uitbarsting en het omringende landschap wordt gedomineerd door vulkanische landvormen, waaronder lavapilaren, fumarolen en hete modderpoelen.
De Skógafoss is een van de grootste watervallen van IJsland met een breedte van 25 meter en een verval van 60 meter.
De Snæfellsnes is een schiereiland ten westen van Borgarfjörður, in het westen van IJsland. Het wordt IJsland in het klein genoemd, omdat er veel nationale bezienswaardigheden in de omgeving te vinden zijn.
Þingvellir was de locatie van het jaarlijkse parlement van IJsland van 930 na Christus tot in 1798 na Christus. Het is echt een landelijke camping, onderdeel van de Gouden Cirkel.